ALAPEDES convention, Waterford, 6-11 september 1997

In het kader van de ALAPEDES samenwerking, is er in september een bijeenkomst van alle leden in Ierland in Waterford.

Zaterdag 6 september 1997

Stipt op de afgesproken tijd wordt ik door de Schipholservice opgehaald. Een personenauto dit keer, geen busje. Naast Sam Lifsches gaat er nog \’e\’en of andere zakenman mee, die overal kritiek op heeft en alles beter weet c.q. kan.

We zijn ruim op tijd op Schiphol, het vliegtuig vertrekt iets te laat en na wat turbulentie zijn we om vijf uur Ierse tijd in Dublin. Nadat de koffer van de band is gerold en de sleutel van de huurauto (een Ford Fiesta) in ontvangst is genomen, kunnen we richting Waterford.

Het links rijden valt best mee, Sam leest goed kaart en na zo’n 110 miles en twee\”enhalf uur rijden komen we in Waterford aan. De omgeving wordt van Dublin naar Waterford steeds interessanter, de wegen steeds smaller. Yvory Lodge Inn ziet er prima uit. De kamer is ruim en van het gebruikelijke Engelse comfort (mogelijkheid tot het zetten van koffie en thee en een haardroger) voorzien.

ons hotel in Waterford

Sam in ik delen later één menu, ik de soep, hij het hoofdgerecht en samen het dessert. In het restaurant kmen we Bart de Schutter en Remco de Vries (KUL) nog tegen. Zij zijn per vliegtuig en bus gekomen en verblijven al een aantal uren in Waterford.

De groep uit Delft schijnt nog niet te zijn gearriveerd. Ze komen met een busje helemaal uit Nederland en moeten twee veerboten halen. Bovendien moeten ze wellicht om de drukte in Engeland heen, die er is vanwege de begrafenis van prinses Diana. Zouden ze een boot hebben gemist?

Zondag 7 september.

Als ik zo rond half negen het restaurant instap, zit er nog bijna niemand. Later komen verschillende binnen, onder wie Geert-Jan Olsder. Ze hebben gisteren bijna vier uur door Ierland gereden en waren onderweg tussen Dublin en Waterford herhaaldelijk de weg kwijt. Rond middennacht bereikten ze het hotel na zo’n 18 uur reizen.

Na het ontbijt hebben we nog wat tijd over. Sam en ik doen een eerste verkenning van de omgeving en vinden een geldautomaat. Per auto gaan we vervolgens naar het Waterford technical institute.

Na een wat rommelig begin, waarbij de nodige apparatuur moet worden uitgetest heet GJO iedereen welkom en doet Niek Tholen wat huishoudelijke mededelingen. Dan geht’s loss.

Jean Mairesse (LITP, nu LIAFA) begint onder de noemer S1 met een overview van beschikbare software. Via www is vrij veel vrij te downloaden. Zonder verdere vergelijking noemt hij dergelijke softwarepakketten op voor o.a.\ automaten, queuing networks, petrinetten, idempotente semirings (de dioids) e.d.

Michael McGettrick (ENSMP, S2, tevens onze gastheer) vertelt over scilab (beschikbaar voor UNIX, W95 en Mac’s) en demonstreert de werking. Scilab is een aanvulling op matlab. De demo overtuigt niet vanwege de erg simpele voorbeelden.

Dan is het tijd voor de lunch. Op z’n Engels dus een complete warme maaltijd. Later komt Niek langs voor een totaalafrekening hiervan. Hij rekent voor de lunches, koffie en thee 8 Ierse ponden per dag. Samen met het bedrag voor Sam betaal ik 64 ponden, zodat ik wat ik vanochtend getankt heb nu in één keer weer kwijt ben.

Na de lunch spreekt Alain Jean-Marie (INRIA, S2) over het mistral-project ERS, wat een stukje software is voor de verwerking van verschillende representaties van DES’s, want, zoals Guy Cohen ooit gezegd zou hebben: “if you only have a hammer, everthing looks like a nail.” Soms is echter een schroef handiger. ERS werkt in feite doordat losse componenten aan elkaar worden gekoppeld via file IO en IO-redirectie. Daarnaast zijn er vele aaa2bbb-programma’s nodig om van de ene in de andere representatie te kunnen komen.

Voor de thee spreekt dan nog Mathieus Kanta (LITP, S2) over de topical semiring. Hij gebruikt uitsluitend het bord en tovert daar een veelheid aan formules op. Ik begrijp er niets van en blijkbaar velen met mij ook niet. Na de thee vertelt Fergal Toomey (T3, Dublin Institute for advanced studies) als gastspreker over large derivations of max-plus products. Ik krijg er niet veel van mee.

Dan zit het erop voor vandaag. Sam en ik besluiten nog wat aan Ierlandverkenning te doen. Het is opeens veel drukker op de weg dan vanochtend (mooi weer, zondag, veel mensen naar het strand???). We gaan langs de kust naar Dungarvan. De wegen zijn soms erg smal maar het landschap is indrukwekkend. Eenmaal in Dungarvan is het even moeilijk om een restaurant te vinden. Op zondag zijn vele dicht en is er geen eten verkrijgbaar in pubs. Eindelijk vinden we er een.

Het smaakt allemaal prima. Duurde de heenreis bijna twee uur (langs de prachtige kustroute), via de hoofdweg zijn we in drie kwartier weer terug.

Maandag 8 september 1997.

Dit keer maar geen Iers ontbijt zoals gister maar een simpel continental breakfast. Ik moet tenslotte een beetje om mijn lijn denken!

Om 9.30 begint Bart de Schutter (T1, KUL) de dag met een lezing over state space realisaties in max algebra. Het geheel gaat analoog aan wat jaren terug in lineare regeltheorie is bedacht, maar wel tot op zekere hoogte en gebruik makend van de periodiciteit vn de inputresponses. Veel problemen (b)lijken NP-hard. Door alleen speciale gevallen te bekijken bijkt er nog wat mogelijk. Remco de Vries (T1, KUL) heeft het daarna over state space transformations. Door met zg. symmetrische versies van de max-algebra te werken, waarbij ominus wordt geintroduceerd en zijn theoretisch eenvoudige oplossingen mogelijk van Bart’s realisatie, alleen vanwege die ominus in de praktijk nog niet bruikbaar.

Guy Cohen (T1, INRIA) presenteert, net als vorig jaar bij WODES, vanaf zijn laptop. Ik let dan ook meer op de techniek dan op de inhoud van zijn praatje. Hij heeft het over dioids en vertelt over additionele theorie hierbij om extra’s in de max-algebra mogelijk te maken.

De drie praatjes van deze ochtend laten nog eens zien dat m.i. de max-algebra een prachtige analogie is van het oude uit de lineare systemen, maar juist op enkele essentiele punten vastloopt en daarom (nog) niet bruikbaar is in de praktijk (maar zie ook verderop).

Na de lunch spijbel ik en ga er alleen met de auto op uit. Ik rij via Dungarvan naar Lismore. Een stadje met een aardig oud centrum en een kasteel. De kasteeltuin is te bezoeken (2,50 Ierse pond) maar stelt in deze tijd van het jaar niet veel voor. Dan rij ik dwars over de Knockmealdown mountains. Aan de andere kant van de berg is het zicht over de vlakke Vee valley schitterend. Op de bergen staat de hei in bloei. De vallei hoort bij Tippararey County. Via een rondje rij ik weer naar Lismore en dan zuidelijk naar de kust. Ardmore wordt langs de weg als toeristische attractie aangekondigd, maar lijkt verlaten: alles is dicht. De round tower op het hooggelegen kerkhof is interessant en er is een fabuleus uitzicht. Via Dungarvan ga ik terug naar Waterford. Onderweg eet ik kip gordonblue in een “wegrestaurant” (een Ierse pub eigenlijk): best lekker.

Terug in Waterford tank ik nog wat geld en ontmoet Bart en Remco. Gedrieën gaan we per auto terug naar het hotel.

Dinsdag 9 september 1997.

‘ s morgens zijn er drie sprekers: Colin Sparrow (T2, Cambridge, HP) heeft het over maximale periodiciteit van zg.\ non-expansive functies, waaronder ook de minmax algebra valt. Hij heeft alleen nog veronderstellingen en nog geen bewijzen voor algemene gevallen. Eleni Katirtzoglou (T2, HP) meldt nog meer over topical functies en cycle times. Ook zij moet het nog zonder echte resultaten stellen. Daniel Krob (A3, LIAFA) gebruikt Lyapoulov exponents binnen de maxplus algebra om o.a.\ de tetrisgame te modelleren. Uiteindelijk blijken tetrisoplossingen equivalent met maxplus modeleringen. Gedeeltelijk gebruikt Daniel het bord en gedeeltelijk zijn pc. David praat erg zacht en gebruikt veel onbekende termen. Jean Mairesse vervolgt het praatje daarna nog en heeft het o.a.\ over Dyck-words (ik vraag me af wat de Engelsen van deze uitdrukking vinden). Al met al loopt het schema behoorlijk uit. Alain Jean Marie (A3, INRIA) heeft het tot slot over petrinet-modelering van een ATM-netwerk (ATM = protocol voor high speed communicatie). Men wil graag de performance van deze structuren weten. Alain modelleert en simuleert. Voor de simulatie is een zg. routing functie nodig, die beslist in geval er ergens meerdere mogelijkheden zijn van firing in een petrinet. Hiervoor is het dan weer nodig de firings zonodig te reserveren zodat niet later alsnog voor een andere firing gekozen kan worden. Er blijven nog vele vragen open, zodat de reductie van een petrinet, enz.

Hoewel GJO graag eerder had willen beginnen begint de management meeting ’s middags toch ongeveer op de afgesproken tijd. GJO hamert erg op de preciese naleving van het contract. Als uiterste deadline voor het anual report stelt hij half oktober, zodat het echt voor eind oktober in Brussel kan zijn. Ook wordt gehanmerd op het karakter van het contract waarbij nadruk ligt op gezamelijk onderzoek en onderling reizen e.d. Gezamelijke publicaties worden aangeraden en onderlinge uitwisseling van postdocs aanbevolen. We zitten echter nog veel oningevulde of deels ingevulde posities. Er worden deadlines afgesproken om voor half oktober een definief jaarraport te hebben.

Een belangrijk item in het jaarverslag in het noemen van milestones. Dit onlokt de nodige discussie en Guy tovert op zijn pc-scherm de tekst: “do not through the milestone too far.”

Veel nadruk legt GJO ook bij de halfjaarlijkse bijeenkomsten, waarvoor gelukkig dit keer Guy een oplossing heeft: een scilab cursus voor alle postdocs in de lente van 1998.

De volgende meeting zal samenvallen met WODES98. Tot slot wijst GJO nog op het midterm-review, dat wellicht in het voorjaar van 1999 plaats zal moeten vinden.

Uiteindelijk eindigt de meeting om zes uur. Ik ga een klein blokje om met de auto en ben weer op tijd terug voor het conferentiediner dat tegen zevenen begint. Het wordt een gezellige avond, waarbij Guy Cohen wederom zijn pc bij zich heeft en de avond via zijn digitaal genomen foto’s vastlegt.

De milestones komen weer terug: Guy vond op het strand een tarzanfiguurtje en geeft deze, voorzien van een stuk zeep met daarop de tekst “alapedes milestone” aan GJO. De maaltijd is redelijk. De gezelligheid aan “onze kant” van de tafel groot, maar dat komt ook voor een groot deel door Guy. Zeker als hij later een aantal foto’s digitaal gaat bewerken en onder andere Adidas in Alapedes verandert op een sweater van een postdoc kan de avond niet meer stuk. Na een slideshow van de foto’s tovert Guy aan het eind zelfs nog muziek en film uit zijn toverdoos.

De Fransen hebben moeite met de benaming van de toetjes. De “creme de grand marnier cheesecake” ontlukt ze een gulle lach: een combinatie van kaas en grand marnier lijkt hun onmogelijk. Later blijkt dat cheesecake gewoon kwart is en dat die combinatie nog lekker is ook. Gezien de argwaan van de Fransen neem ik de “Bombe Creme”, waarbij de Fransen melden dat ze hun familie zullen zeggen een bom-probleem in Ierland te hebben gehad. Tegen twaalf uur is het feest echt ten einde.

Woensdag 10 september 1997.

De ochtendsessie wordt op GJO’s verzoek door mij voorgezeten. Eerst spreekt Bernd Heidergott (T3, TUD) over optimalisatie van stochastische max-plus algebra’s. Hij geeft een methode waarbij in de simulatie ook gelijk de afgeleide bekend wordt (a la pertubation analysis). Zijn conditional maxplus systemen kunnen worden gebruikt voor de routing van netwerken, voor manufacturing systemen en Bernd gebruikt het voor zijn Delft railway system, een simulatie van het treinverkeer rond Delft.

Marian Akian (T5, INRIA) gebruikt het bord en komt niet aan hoor hoofdthema toe, ook Jean-Pierre Quadra (T5, INRIA) komt onbegrijpelijk over. Het blijft voor deze Fransen moeilijk om in de hen toegewezen tijd hun verhaal rond te krijgen en hoofd- en bijzaken te scheiden.

Gelukkig is het dan lunchtijd. GJO verzoekt de middagsessie zo snel mogelijk te laten beginnen zodat er aan het eind van de dag nog wat tijd overblijft voor een korte verkenning van de omgeving. Na de lunch gebruik ik de in een andere ruimte opgestelde pc voor het bekijken van mijn email in Groningen. Geen dringende boodschappen.

Na de lunch spreekt Subiono (A1, TUD) over maxplus algebra en de NS-railnet toepassing. In feite is dit het oude verhaal van Hans Braker, die hierop enige tijd terug bij GJO promoveerde. Op zich wordt het verhaal door Subiono keurig verteld, maar erg traag en hij blijft erg lang stilstaan bij triviale dingen.

Later vertelt GJO mij dat hij bezig is met promotieonderzoek, maar dat één en ander niet erg wil vlotten.

Stéphan Gaubert (A2, INRIA sluit de middag af met een boeiend betoog over de equivalentie van het tetrisspel en maxplus algebra. Tetris (zonder het horizontale beweging en zonder rotatie) blijkt gelijkwaardig met petrinetten (of max algebra). De mate van elegantie van het tetrisresultaat bepaalt ook de mate van netheid van het overeenkomende petrinet. Ook jobshop problemen kunnen in tetris worden vertaald. De kostfunctie is dan met maxspan (de bereikte hoogte van de verschillende elementen) in het tetrisspel. Na deze boeiende afsluiting sluit GJO werkelijk af en wordt Kathlyn voor de locale organisatie bedankt met een bos bloemen.

Dan is het verzamelen geblazen bij het hotel en na enige discussie over wie met welke auto/bus gaat en waar de reis naar toe zal gaan wordt uiteindelijk met 13 personen (9 in de bus van GJO) en 4 in mijn autootje) een tripje ondernomen naar de Mahon Falls, een waterval van zeker 100 meter in de bergen. Guy Cohen, Remco de Vries, Sam en ik reizen in onze Ford Fiesta achter de bus van GeertJan aan, waar Micheal McGettrick de route aangeeft. We bereiken de waterval via steeds smaller en steeds steiler wordende weggetjes. Het laatste stuk moet te voet worden afgelegd. Een aantal beklimmen een deel van de waterval, gadegeslagen door de rest en de vele schapen in de omgeving. Door de felle zon en de laaghangende bewolking is het uitzicht slechts matig. De gezelligheid is echter groot en GeertJan toont zich een ware leider (hij loopt steeds minstens 100 meter voor de rest uit!).

Hierna gaat het in een lange rit via de kust terug naar Dunmore East. Sam heeft al heel lang honger, evenals steeds meer van de anderen. De rit duurt vrij lang en het blijft lastig om vanuit Tramore Dunmore East te bereiken. Uiteindelijk, nadat GJO een keer de weg heeft gevraagd, komen we zo rond een uur of acht in het vissersplaatsje aan. Het in eerste instantie uitverkoren restaurant blijkt gesloten. Een ander is wel open. We zitten vrij snel aan tafel maar dan duurt het nog zeker een uur voor we kunnen eten.

Alles smaakt wel lekker. De afrekening gaat op zijn Nederlands: eerst discussie over wel of geen toetje, dan hoe we betalen (gezamelijk of apart) en als we uiteindelijk hebben besloten om één gezamelijke rekening te vragen van velen een verzoek om een afzonderlijke bonnetje.

Zo rond half elf zijn we dan weer terug. We nemen afscheid van elkaar en pakken onze koffers.

Donderdag 11 september 1997.

Remco, Sam en ik reizen per auto terug naar het vliegveld. Eerst gaan we nog langs Waterford Crystal, de glasfabriek. Alles gebeurt daar nog met de hand. De rondleiding door de fabriek is interessant.

Even na tienen vertrekken we dan richting vliegveld. Het is drukker op de weg dan de heenreis en het regent een beetje. We zijn op tijd in Dunblin, hebben nog een lunch (lasagne met patat!) en ik loop nog even snel door de taxfree shops. Het vliegveld is ruim en modern opgezet.

Hoewel we op tijd in het vliegtuig zitten duurt het nog minstens een half uur voor we vertrekken. Er blijken technische problemen (een leeggelopen schokbreker of zo). De vlucht zelf verloopt uiteindelijk zonder problemen.

Ik zit naast een Ierse, die via Amsterdam op weg is naar Istanboel en niet zo van vliegen houdt. Ik breng haar wat wetenswaardigheden over Nederland bij.

Precies op schema landen we om vijf uur op Schiphol. De wat arrogante chauffeur van de Schipholservice brengt ons via files bij Almere en Heerenveen (voetbalwedstrijd Feijenoord–Heerenveen) weer terug in Groningen resp.\ Bedum, waar ik rond half negen weer binnenstap.