Studcol en zo
In kwartaal 2 hebben Jan Terlouw en ik voor de tweede keer het vak StudentColloquium mogen organiseren. Net zoals de eerste keer in de vorm van een wetenschappelijk congres waarbij de studenten deelnemers zijn en een paper moeten indienen, meedraaien in het reviewproces en uiteindelijk tijdens de congresdagen moeten presenteren.
Vanwege wisselende ziektemomenten van zowel Jan als ik hebben we de definitieve beoordeling pas onlangs kunnen afronden. Jan en ik zijn in het algemeen zeer tevreden over hetgeen geschreven en gepresenteerd is. Evenals vorig jaar is het plan de uiteindelijk goedgekeurde papers in een proceedings uit te geven. Zo kan langzaamaan een traditie ontstaan van een jaarlijks studentencongres inclusief proceedings en dragen we bij aan een aardig historisch overzicht van wetenschappelijke zaken die bij studenten leven en waar in de masterfase interesse voor is en aandacht aan gegeven wordt.
Deelnemers aan het vak hebben zelf ook een grote rol in de beoordeling van de deelnemers. Zo wordt elkaars werk gereviewed (in twee ronden) en wordt de presentatie door het publiek beoordeeld. Dat laatste was nieuw t.o.v. vorig jaar. Het publiek kon beide congresdagen elke spreker en ook elke voorzitter en discussieleider van een beoordeling voorzien (score tussen 1=slecht en 5=uitstekend). Een deskundige van de faculteit Letteren heeft uit alle beoordelingen een vijftal boekjes gekozen, waarvan zij dacht dat er goed en doordacht positieve en negatieve kritiek op de sprekers is genoteerd en deze scores zijn uiteindelijk gemiddeld en hebben tot de eindbeoordeling van de presentatie geleid. Presentatie, deelname aan het reviewproces en het paper zelf gaven, gewogen, het eindcijfer voor het vak.
Jammer is dat het congres zo weinig publiek krijgt buiten de deelnemers om. Vorig jaar was nog een enkele collega-docent deels aanwezig, dit jaar hebben we geen geinteresseerden gezien.
Jan en ik zijn benieuwd wat de deelnemers dit jaar van het vak vonden.